‘Niet de overspannen werknemer, maar zijn baas is het probleem’
Een meerderheid van hogere leidinggevenden begrijpt niet goed hoe werkstress ontstaat in de organisatie. Ze beschouwen het ten onrechte als een probleem van de werknemers waar zij zelf weinig invloed op hebben. Dat concludeert Arbo Unie, de grootste Nederlandse arbodienstverlener, op basis van onderzoek onder 475 hogere managers in verschillende sectoren.
Het onderzoek, uitgevoerd door GfK, wijst uit dat 40% van leidinggevenden denkt dat hun werknemers nauwelijks stress ervaren. 58% denkt dat de stress voortvloeit uit een te zwaar takenpakket. Dat zijn ernstige misvattingen, zegt bestuurder Willem van Rhenen van Arbo Unie, een organisatie die bedrijven helpt de werkomstandigheden van personeel te verbeteren. ‘Uit eerdere onderzoeken blijkt dat werkstress wijdverbreid is en dat niet het takenpakket, maar het gebrek aan autonomie daarvan de hoofdreden is. Ook speelt gebrek aan steun van leidinggevenden, of overmatige hiërarchie een belangrijke rol. Zaken waar hoger management directe invloed op heeft.’
Rapport werkstress hoger management – Arbo Unie.pdf
Brevet van onvermogen
Veel hogere managers missen echter de nodige zelfreflectie op dit punt, zegt Van Rhenen. ‘Ze zitten ver van de dagelijkse gang van zaken af, en wijzen in de praktijk vaak externe oorzaken aan: de werknemer die onvoldoende stressbestendig zou zijn met te veel hooi op zijn vork. Gedoe thuis. De reorganisatie die nu eenmaal over het bedrijf heen rolt.’ Deels is het een reflex uit zelfbescherming, denkt Van Rhenen: een externe oorzaak ontslaat de manager van de plicht om de arbeidsomstandigheden tegen het licht te houden. ‘Erken je je eigen rol in het probleem, dan moet je het ook een beetje opvatten als een brevet van onvermogen.’
Eerder bleek uit TNO-onderzoek dat één miljoen Nederlanders gebukt gaan onder werkstress en burn-outklachten. Sinds 2013 spreekt het ministerie van ‘beroepsziekte nummer één’. In 2014 werd de Week van de Werkstress in het leven geroepen, die vandaag weer ingaat. Van Rhenen van Arbo Unie noemt de zorg, onderwijs, en de zakelijke dienstverlening als grote probleemsectoren. Werknemers in die sectoren hebben minder te zeggen over hoe ze hun werk invullen dan in het verleden, en hebben tegelijkertijd mede door bezuinigingen een zwaarder takenpakket gekregen.
Veel stress aan de onderkant
Werknemers lager in organisaties ervaren de meeste werkstress, aldus Wilmar Schaufeli, hoogleraar arbeids- en organisatiepsychologie aan de Universiteit Utrecht. Dat komt meestal niet direct door hoge werkdruk, beaamt hij, maar door onbalans tussen werkdruk en autonomie. ‘Mensen die heel lang aan een lopende band staan bijvoorbeeld, en ook nog toestemming moeten vragen om naar de wc te mogen, hebben een hoger risico op verzuim. Hun managers werken misschien wel meer, maar daar staat ook meer vrijheid, salaris en aanzien tegenover’.
Klagen ‘not done’
‘Het is een reflex om te focussen op degene die zich ziek meldt, maar eigenlijk zouden we ons moeten richten op het baasje. Die is vaak de veroorzaker’, zegt Titus Kramer van verzuimspecialist Capability. ‘Dat zijn regelmatig verkooptijgers die promoveerden tot manager zonder het vak te leren. En dan eisen dat iedereen om half negen begint en minimaal twintig klanten per week bezoekt. Arbodiensten durven hen daar vaak niet op aan te spreken, want het zijn toch ook hun opdrachtgevers.’
De Arbo Unie ziet dat ook, zegt Van Rhenen, en is daarom begonnen met onder meer trainingen voor managers om hen te helpen werkstress in hun teams aan te pakken.
Managers ervaren zelf ook stress, maar drie kwart beschouwt zichzelf als zeer stressbestendig. 46% ervaart slechts ‘af en toe’ stress en 12% nooit, blijkt uit het Gfk-onderzoek. Dat is te danken aan de vrijheid die zij genieten, denkt Van Rhenen. Daardoor kunnen zij zich ook slecht inleven in hun werknemers. ‘Ze zijn beter in het ordenen van hun omgeving, en kunnen daardoor beter overleven.’ Verder speelt mee dat het onder hoge managers ‘not done’ is om te klagen over stress: een deel van hen geeft wellicht het wenselijke antwoord.
Bron: FD 13 november 2017